Artrose nek (cervicale wervelkolom)

Door het ouder worden van het lichaam (ouder dan 50-60 jaar) vermindert de kwaliteit van de tussenwervelschijf en van het kraakbeen. Het laagje kraakbeen tussen het facetgewricht wordt dunner. Hierdoor raken de botstructuren elkaar waardoor er juist extra botvorming wordt gemaakt door het lichaam. De term ‘slijtage’ is hierdoor eigenlijk dus onjuist. Er ontstaan botwoekeringen en vergroeiingen van het gewricht waardoor het gewricht minder soepel loopt en er stijfheid ontstaat. De klachten sluipen er langzaam in en zijn vaak chronisch van aard (langer dan 3 maanden aanwezig).

Elk ouder wordend lichaam krijgt te maken met artrose, in meer of mindere mate, het is in die zin een natuurlijk proces van het lichaam. Vrijwel iedereen boven de 75 jaar heeft artrose in één of meerdere gewrichten. Ook kan door een ongeluk de nekwervels beschadigd zijn waardoor de artrose in gang wordt gezet.

Bij artrose en slijtage van het kraakbeen is er vaak (ochtend)stijfheid en pijn van de nek aanwezig. Wanneer het lichaam eenmaal warm is dan verdwijnt de stijfheid en nekpijn weer wat meer op de achtergrond. Door de vergroeiing van de gewrichten neemt de beweeglijkheid van de nek in zijn algeheel af. Door een gecompenseerde houding kunnen ook spieren rondom de nek en schouders pijnlijk worden. De pijn kan aan één kant heviger aanwezig zijn, kan uitstralen en hoofdpijn veroorzaken. Lang zitten (in een verkeerde houding) kan de pijn doen provoceren.

Als de slijtage van het kraakbeen langer duurt en de vergroeiing van het bot meer gaan uitsteken, kan het zijn dat deze op den duur op de zenuwen drukt. Hierdoor kunnen er ook tintelingen, doofheid, gevoelloosheid en duizeligheid ontstaan. Als er artrose in de nek aanwezig is, hoeven er niet per sé klachten te zijn. Andersom geldt het ook, als er wel nekklachten aanwezig zijn, hoeft dit niet de oorzaak te zijn van artrose. Er blijven altijd andere factoren meespelen welke de oorzaak van de nekpijn kunnen zijn. Al deze facetten worden meegenomen in de behandeling van de fysiotherapeut.

Aanmelding met artrose bij een fysiotherapeut komt vaak nadat u al een langere tijd klachten heeft. De klachten kunnen lijken op andere nekklachten, dat moet dan ook uitgesloten worden.

Voorbeelden van andere aandoeningen met hetzelfde/ bijkomend klachtenbeeld kunnen zijn:

• Nek hernia
• Instabiliteit nek
• Whiplash gerelateerde klachtenbeeld

De manier waarop de klachten zijn ontstaan, hoe lang deze aanwezig zijn en de locatie van de pijn, geven een duidelijke richting om aan artrose te denken.
De fysiotherapeut zal de beweeglijkheid en functionaliteit van de nek beoordelen en verdere tests uitvoeren. Aan de hand van de status van de klacht en het doel van de patiënt kan de behandeling gestart worden.

“Wat gebeurt er als ik niets doe?” Als u niks doet en (gecompenseerd) blijft bewegen zullen de klachten blijvend verergeren. De beschadiging van het kraakbeen wordt vergroot, waardoor de pijnklachten ook heftiger kunnen worden. Fysiotherapie en manuele therapie is bewezen effectief bij artrose. Mocht het traject onvoldoende resultaat opleveren dan zal de fysiotherapeut met u kijken naar verdere oplossingen en zal er contact worden gezocht met de huisarts/ orthopeed.

Artrose in de nek en de slijtage/ beschadiging van het kraakbeen is onomkeerbaar, waardoor de behandeling vooral gericht is op het reduceren van de pijnklachten. Ook kunnen nevenklachten behandeld worden, zoals stijve omliggende spieren.

Gedoseerd bewegen en oefeningen zijn de volgende stap in de behandeling. De stabiliteit, mobiliteit en spierkracht wordt hierdoor vergroot waardoor de dagelijkse bewegingen gemakkelijker uit te voeren zijn. De belasting- belastbaarheid wordt gedoseerd opgebouwd met specifieke oefeningen. Ook worden er adviezen en oefeningen gegeven voor het verbeteren van de houding.